Met enige regelmaat laat de medische stand ons weten: zelftests zijn slecht voor patiënten. Ze veroorzaken voorral onnodige onrust en ze zijn duur, want die onrust kan alleen gesust worden door huisartsen en specialisten die er voor gestudeerd hebben. Dat geld kan beter op een andere manier worden besteed.
Er bestaan veel verschillende namen voor tests welke door verontruste mensen op eigen initiatief worden uitgevoerd: Health Checks, Medische Checkup, Medische APK, Preventief Medisch Onderzoek (PMO), Apps die lichaamsfuncties meten of monitoren, Bodyscan, tests op lichaamsmateriaal zoals bloed, urine, ontlasting of speeksel (o.a. DNA onderzoek). Mensen die naar deze middelen grijpen zijn, zo wordt gezegd, vaak 'gedreven door emoties, angstig of op zoek naar veiligheid'. Of ze zijn simpelweg nieuwsgierig, of willen de verantwoordelijkheid voor hun eigen gezondheid op zich nemen.
De maatschappij verandert: ‘ik’ sta in het midden van de wereld, we kunnen en moeten steeds meer zaken, die tot voor kort door professionals werden verricht, zelf uitvoeren (tanken, bankzaken regelen, energie opwekken) en we treffen steeds meer maatregelen om risico’s in ons leven uit te sluiten. Verandert de medische stand mee? Tot onze selectiecriteria voor de keuze van een leverancier behoren: alles in één (one stop shopping), transparantie, personalisering en ‘altijd en overal'. Dit staat haaks op uitlatingen van medici (waar dezelfde veeleisende klanten morgen in de wachtkamer zitten) over zelftests: ‘Het is de wereld op z’n kop’, ‘We moeten mensen hiertegen beschermen’ en ‘Dit kan toch niet bedoeld zijn met de patiënt centraal stellen'. Daarnaast zijn er juridische kaders en richtlijnen: onderzoek met ioniserende straling, onderzoek naar kanker en onderzoek naar ziekten of aandoeningen waarvoor geen behandeling mogelijk is, mag alleen met een vergunning van VWS worden uitgevoerd. Bevolkingsonderzoek is voorbehouden aan de overheid. De KNMG geeft criteria voor zelftests: het moet gaan om gerichte opsporing (doelgroep), er moeten afspraken zijn met gekwalificeerde partners naar wie kan worden doorverwezen, en de voordelen van de tests moeten aantoonbaar opwegen tegen de nadelen. De minister van VWS heeft de Gezondheidsraad gevraagd om haar in de zomer van 2014 te adviseren over het toelaten van bodyscans.
Technologische ontwikkelingen in het bedrijfsleven laten zien dat we op het gebied van zelftests nog maar aan het begin van de mogelijkheden staan. Sensoren die tot voor kort tot de (sport)gadgets werden gerekend, worden steeds vaker goedgekeurd als medisch apparaat. Deze sensoren meten lichaamsfuncties als hartslag, gewicht, bloeddruk en zuurstof in het bloed. Bloedonderzoek is niet meer voorbehouden aan gespecialiseerde labs, doordat ze steeds vaker met eenvoudige middelen en gebruikmakend van technologische hoogstandjes zoals de smartphone (die qua rekenkracht die van de Apollo 11 overtreft) aan de ontbijttafel kunnen worden uitgevoerd. Databases met actuele informatie over omgevingsfactoren zoals luchtsamenstelling, temperatuur en pollen komen voor burgers beschikbaar. DNA onderzoek koste nu al niet meer dan $ 1.000 per persoon en de verwachting is dat de prijs nog veel verder zal dalen.
De vraag is nu: wat is de meest verstandige reactie van medici op deze ontwikkelingen in de maatschappij en het bedrijfsleven? Als een mantra herhalen dat deze ontwikkeling ‘slecht’ en ‘niet in het belang van de patiënt’ is? Mensen die met onderzoeksresultaten op het spreekuur komen negeren door ze klakkeloos het vervolgonderzoek te geven waar ze om vragen? Deze ontwikkelingen de rug toekeren door alleen maar te wijzen op ‘de industrie van de angst en veiligheid die de meest lucratieve vorm van handel is’? Of is er nog een andere manier?
Er zijn artsen die de ontwikkelingen erkennen en de moed hebben om met de mensen die met onderzoeksresultaten op hun spreekuur komen in gesprek te gaan. Die niet alleen ingaan op de symptomen (de resultaten van het onderzoek) maar op de onderliggende drijfveren (angst, onzekerheid, onveiligheid, nieuwsgierigheid of verantwoordelijkheid). Drijfveren die niet alleen door ‘de industrie’ worden gevoed, maar ook door nieuwsberichten over erfelijke ziekten (borstkanker); de gevolgen van verkeerde en soms giftige componenten in ons eten en drinken (suiker, zout, bepaalde kleur-, geur- en smaakstoffen of houdbaarheidsmiddelen); de gevolgen van milieuvervuiling, jarenlange ongezonde arbeidsomstandigheden (asbest, chroom-6); nieuwe ziekten die opduiken (HIV, Ebola); een overheid die veel te laat reageert op aantoonbare misstanden (Q-Koorts); onvoldoende uitgeteste medicijnen (Vioxx, Softenon); diëten die soms ook door artsen breed uitgemeten worden in boeken en de media; behandelingen die uit het verzekeringspakket zijn gehaald; of simpelweg een aanvoelen dat het eigen lichaam op een bepaald punt minder goed functioneert, maar waar de arts na onderzoek niets kan vaststellen (als het niet kan worden vastgesteld, is het er dan niet?). En preventie: wie is daar vanuit de medische stand, overheid of zorgverzekeraars nu echt in geïnteresseerd? Zorgverzekeraars investeren nauwelijks in preventie, bang als ze zijn dat hun investering bij de jaarwisseling verloren gaat, medici krijgen in de regel voor preventie geen vergoeding en hebben er daarom geen oren naar, en de overheid investeert al vele jaren steeds minder in preventie. Is het dan raar dat mensen in deze tijd met de voorhanden zijnde mogelijkheden zelf op onderzoek uitgaan en het heft in eigen handen nemen? Verdienen deze mensen niet meer dan een mantra, negatie of een gladde rug?
We staan dus nog maar aan het begin van de mogelijkheden van zelftest. We moeten nog ontdekken wat waardevol is en in welke context deze tests zinvol kunnen zijn. Het gesprek met mondige patiënten of verontruste burgers is daarbij essentieel: alleen met hen samen kan dat worden ontdekt, willen de resultaten in onze maatschappij breed gedragen worden. Deze tijd accepteert geen regels van bovenaf meer: niet van kerkelijke leiders, niet van politici maar ook niet van medici. Zijn zelftests slecht? Ja, misschien, sommige, nu nog. Laten we het kind niet met het badwater weggooien, maar laten we het kind op verantwoorde wijze volwassen worden. Alleen dan kunnen zelftests zowel voor patiënten en burgers als voor de medische stand van toegevoegde waarde zijn.
Deze blog verscheen eerder bij ZorgenZ
Geen opmerkingen:
Een reactie posten